dinsdag 24 juni 2008

Schaakmat (slot)

Met tegenzin moest ze toegeven dat hij eigenlijk echt wel een heel mooie ruiker had gekocht voor haar. Een grote bos bloemen en net niet overdadig. Even had ze eraan gedacht hem maar gewoon weg te smijten, maar toen had ze hem eens goed bekeken en had ze toch maar besloten hem te houden.
Even keek ze uit het raam. De ziekenwagen was net vertrokken met de chauffeur van de vrachtwagen. De politie had de straat afgezet, maar haar auto stond net ver genoeg geparkeerd. Rustig wandelde ze voorbij de vele nieuwsgierigen die zich afvroegen wat er gebeurd was.
De rest van de avond had ze toch niks meer te doen en dus besloot ze maar een oude bekende te gaan opzoeken. Enkele weken geleden was ze hem tegen het lijf gelopen. Eerst was hij nogal afstandelijk geweest. Enkele jaren geleden hadden ze kort een relatie gehad, maar hij was zo'n Don Juan die nooit lang bij dezelfde vrouw bleef. Pas toen ze vertelde waar ze werkte, toonde hij meer belangstelling.
Uiteraard maakte het haar niks uit, want ze wilde hem terug. Ze waren uiteindelijk in een klein restaurant beland en hij was die nacht zelfs bij haar gebleven. 's Morgens had hij gevraagd iets voor hem te doen. Nu was hij van haar.

"Hey Nicky, proficiat maat!"
"Bedankt"
De hele avond had hij genoten van de gelukwensen. Natuurlijk had hij Frans liever op een sportieve manier geklopt, maar voor hem telde maar één ding. Winnen. Natuurlijk liet hij duidelijk weten hoe spijtig het was dat Frans niet was komen opdagen, maar de reglementen waren duidelijk. Hij was nu de kampioen.
"Dag schat"
Hij schrok. Wat kwam zij hier doen?
"Dag Chantal, wat kom jij hier doen? Waar is Frans?"
Schichtig keek hij rond, op zoek naar Frans. Zou zijn plannetje hier toch nog in het honderd lopen?
Ze sloeg haar armen rond hem, maar werd chagrijnig omdat hij haar wegduwde.
"Frans is naar het mortuarium. Dat probleem is uit de weg geruimd," zei ze enigszins gepikeerd, "kom je mee naar mij thuis?"
Met open mond keek hij haar aan. Niet begrijpend. Hij trok haar mee naar buiten, in sneltreinvaart ging het naar de parking.
"Wat heb je gedaan?" snauwde hij.
"Je probleem opgelost, permanent," beet ze even hard terug, "je zou blij moeten zijn dat ik je probleem heb opgelost. Sukkel!"
"Je hebt hem toch niet..."
"Dat wilde je toch? Nu kunnen wij voor altijd samen zijn."
"Hoe bedoel je? Mijn god, ik wil je nooit meer zien!"
Hij was zo van slag dat hij haar hand niet in haar tasje zag gaan. Het ging zo snel dat hij niet besefte wat die luide knal was. De mannen uit het café zagen nog net een auto van de parking rijden en vonden zijn levenloze lichaam enkele seconden later.
Chantal is sindsdien spoorloos...

Geen opmerkingen: